Op 30 oktober 2020 vond de tweede learning space plaats van Summalab. Tijdens deze learning space werden de leervragen over mobiliteitshubs besproken en deels ook beantwoord. Van deze learning space is een mooi verslag geschreven en vorm gegevens middels sway, welke via deze link te vinden is. Hieronder vindt u een korte samenvatting van de inhoud van deze ‘sway’.
Binnen SUMMALab maken we onderscheid tussen overkoepelde leeragenda’s met overkoepelende leervragen en lokale leeragenda’s met lokale leervragen. De vele vragen over hubs heeft ertoe geleid dat de tweede learning space helemaal in het teken stond van lokale leervragen over hubs. Naast beantwoording van deze lokale leervragen beantwoorden we de volgende overkoepelende leervraag: Wat kunnen we leren van de experimenten met mobiliteitsinnovaties over hun bijdragen aan de bereikbaarheid en leefbaarheid van de stad? En in hoeverre zijn deze experimenten sociaal-inclusief, betaalbaar en opschaalbaar?
Momenteel gebeurt er veel op het gebied van “hubs”. Met name verschijnen er de laatste tijd veel visies over de verschillende type hubs. Maar wat is een hub eigenlijk? Wat is er al bekend en vooral: wat weten we nog niet?
Een aantal vragen die tijdens de learning space zijn beantwoord:
1. Welke type hubs bestaan er? Multimodaal en multifunctioneel. Personenvervoer en logistiek 2. Welke processtappen moeten worden doorlopen bij het realiseren van nieuwe hubs en hubs in bestaande wijken? (bijv. aanbesteding) 3. Wat is de bijdrage van hubs aan mobiliteit en sociale inclusiviteit?
Arjan van Binsbergen (TU Delft) gaf tijdens de learning space een presentatie over de leerervaringen van hubs. Onderstaand een korte samenvatting van de leerervaringen:
• Hubs: zowel grootschalig (stationsniveau) tot kleinschalig (buurtniveau).
• Hubs bestaan al lang: stations, P+R, distributiecentra, etc.
• Nieuw is: nieuwe vervoersconcepten, ondersteuning ICT (locatiebepaling, apps), initiatief vanuit private partijen.
• Maar het ontbreekt nog aan: (1) procedures, regelgeving, vergunningen (2) inzicht in mobiliteitseffecten, maatschappelijke wenselijkheid en (3) eenduidigheid.
• Verschillende typen hubs mbt: (1) functie, (2) bedieningsgebied/locatie en (3) schaal.
• Verschillende eisen: ruimtegebruik, wel of geen voorzieningen.
• Nog geen standaarden of regelgeving, misschien wel gewenst?
Naast de leerervaringen volgde er vanuit de plenaire sessie van Arjan ook een definitie en de karakteristieken van een mobiliteitshub:
- ‘’Een mobiliteitshub is een herkenbare plek met een aanbod van verschillende, onderling verbonden vervoerswijzen, aangevuld met verbeterde faciliteiten en informatievoorziening die aantrekkelijk zijn en de reiziger ten goede komen.’’
- Karakteristieken:
- co-locatie van openbaar vervoer en deelmodaliteiten
- hoge kwaliteit ruimtelijke omgeving
- herkenbare vormgeving, bebording en informatievoorziening
Naast de plenaire sessie waren er ook zes “breakout sessies”. De onderwerpen varieerden van ervaringen over ruimte en regels, businessmodellen voor een fieldlab, een tool om sociale inclusie te analyseren, digitale technologieën voor een hub bij station Delft Campus, een verkeerstool voor het berekenen van het effect van een hub (bijv. CO2 vermindering of doorstroming) tot een tool om bij een experiment te anticiperen op opschaling.
In de Sway zijn de breakout sessies verder uitgewerkt. Tevens kan je daar de vervolgstappen van SUMMALab teruglezen.
Tot de volgende Learning Space!